Stilaan rijst in de Krijgslaan een nieuw wooncomplex uit de grond. Eén van de nog aan te leggen straten zal worden genoemd naar Wilrijk’s laatste burgemeester Flor Huysmans. Tijd om deze zeer populaire burgervader in de kijker te plaatsen.
Met stille trom werd einde 1982 de gemeente Wildrijk symbolisch ten grave gedragen. Vertegenwoordigers van politiek en het socio-cultureel verenigingsleven uitten op ludieke wijze hun teleurstelling over de samenvoeging van Wilrijk met de Stad Antwerpen. Burgemeester Flor Huysmans nam, met tranen in de ogen afscheid, niet alleen van de gemeente waarvoor hij zich meer dan veertig jaar had ingezet maar tevens van zijn politieke loopbaan.
Florent Huysmans werd op 19 april 1908 in Wijnegem geboren. Nooit om een kwinkslag verlegen zei hij:
“Mijn verjaardag valt op een opmerkelijke dag. Twee dagen na Chroesjtsjovs verjaardag en één dag voor die van Hitler. ’t Is zoals Jezus, die hing aan het kruis ook tussen twee bandieten”.
Als bakkersgast belandde Flor in Wilrijk bij Sooi Van Genechten waar hij al gauw kennis maakte met de harde bakkersstiel. Hij vertelde: “Ik herinner mij nog dat ik om drie uur ’s morgens opstond, in de bakkerij bezig was tot in de voormiddag en mij dan klaarmaakte om met de grote, zware broodzak de ronde te doen bij de klanten. Het was nooit vroeger dan zes uur ’s avonds vooraleer mijn dagtaak erop zat”
Toen men hem vroeg om secretaris van de mutualiteit CM te worden, aarzelde hij geen moment. En bij de ziekenkas begon zijn politieke loopbaan, want hij werd meteen lid van de Commissie voor Openbare Onderstand (het huidige OCMW). Bij de eerstvolgende gemeenteraadsverkiezingen werd Flor prompt verkozen tot raadslid en zes jaar later (1959) aangesteld als schepen voor feestelijkheden en sport.
“De geknipte bevoegdheden voor mij. Ik was graag onder de mensen, bij de feestvierders, bij de voetbalsupporters, op de kermiskoersen, om samen een pint te pakken en te luisteren. Ik wou permanent de spreekbuis zijn van het volk.”
In 1979 overleed, na een kortstondige ziekte, burgemeester Gaston Fabré. Hoewel Flor vond dat het burgemeesterschap niet voor hem was weggelegd – hij voelde zich al jaren in zijn sas als feestschepen – oordeelde zijn partij (CVP) dat hij de laatste Wilrijkse bestuursperiode moest vol maken. Hij werd meteen de laatste en ongetwijfeld de populairste burgemeester die Wilrijk heeft gekend. Hij stond heel dicht bij zijn gemeentegenoten. De spreuk aan de deur van zijn burgemeesterskabinet, typeerde hem ten volle: “Weer of geen weer, altijd welkom”.
Huysmans heeft nog lang na de fusie gezond en wel in Wilrijk geleefd, maar tussen Kerst en Nieuwjaar in 2000 ging de kaars uit. Hij was 92 geworden.
In een laatste folkloristische stuiptrekking van verzet tegen de fusie met Antwerpen droeg men einde december 1982 de gemeente symbolisch ten grave. In zijn afscheidsrede stak Wilrijks laatste burgemeester Flor Huysmans (tweede van links vooraan) de bevolking een hart onder de riem : “Wilrijk verdwijnt maar het Geitendorp blijft.”
De Karamellenverzen van de Flor
De grappen, kwinkslagen en karamellenverzen van Flor Huysmans waren in Wilrijk alom bekend. Deze steeds opgewekte man stak zijn liefde voor Wilrijk en… zijn bewondering voor vrouwelijk schoon niet onder stoelen of banken.
Een kleine bloemlezing van zijn volks-literaire ontboezemingen.
Hou van de bloemen, ze zijn er om mooi te zijn
Hou van de mensen, ze zijn er om goed te zijn
Laat bloemen, bloemen zijn die schoonheid geven
Laat mensen, mensen zijn die hoopvol leven
Maar laat de liefde als de fijnste snaar uw hart beroeren voor elkaar
Kun je niet lachen, glimlach
Kun je niet glimlachen, wees toch blij
Kun je niet blij zijn, wees tevreden
Maar nooit de moed opgeven
Mensenlief, waar is de goeie oude tijd
Dat we in ’t Kerkeleike hebben gevrijd
Daarom werd het zo beroemd
Dat we het den “boulevard d’amour” hebben genoemd.
Wilrijk, ik zie u zo geerne
Wilrijk, gij blijft steeds vooraan
Waar de mensen wel eens kijven
Maar altijd goeie vrienden blijven
De roos van Bagdad
Toen burgemeester Flor Huysmans eens Prinses Paola (onze latere koningin) mocht begroeten, zei hij haar
Mevrouw,
U bent zo mooi als de roos van Bagdad
U bent zo slank als een gazelle
Uw ogen zijn zo blauw als het blauw van de Donau
Uw lach klinkt o zo helder
“Och,” antwoordde Paola “gij zijt een dichter maar wat is de roos van Bagdad?”
Flor die altijd een antwoord klaar had: “dat is een zeer mooie roos die gekweekt werd door Nagels, een internationaal vermaard bloemenkweker uit Wilrijk. Mijn lieve gemeente is u allicht bekend want uw zoon Laurent heeft er tijdens zijn studententijd verbleven.”
Later bekende Huysmans ootmoedig dat hij het Nagelsverhaal ter plaatse had verzonnen. Trouwens, bloemenkweker Nagels was inderdaad internationaal bekend, maar niet om de rozen maar wel om zijn dahlia’s – gvn.